Middeleeuwse begijnen herbegraven

In de periode 1994-1996 werden door de archeologische dienst van de gemeente Breda opgravingen uitgevoerd ter plaatse van het middeleeuwse Begijnhof in het Valkenberg, grenzend aan het Kasteelplein. Bij deze werkzaamheden werd tevens het gebeente opgegraven van 123 personen, met name vrouwen doch ook enkele mannen en kinderen, die in de periode tussen 1267 en 1534 waren begraven in en om de kerk van bovengenoemd Begijnhof. Deze stoffelijke resten werden voor nader onderzoek overgebracht naar het University Medical Centre in Leiden. Over dit onderzoek verscheen het rapport: A physical antropological research of the beguines of Breda 1267 to 1530 AD (deel 1), (deel 2) door F.E. Rijpma en G.J.R. Maat (Barge’s Anthropologica nr. 11, Leiden 2005). Het gebeente werd voorts tot 2016 bewaard in het archeologisch depot te Breda.

Begijnenkerkhof op begraafplaats Zuylen.

De Bredase begijnen werden tussen 1267 en 1534 begraven op de begraafplaats van het hiervoor genoemde middeleeuwse Begijnhof. In de periode 1534–1829 werden ze met hun pastoors begraven in de voormalige Wendelinuskapel, thans Waalse Kerk. Na het verbod op begraven in kerken in 1829 werd door pastoor Van Zon een eigen Begijnenkerkhof aangelegd op begraafplaats Zuylen. In de periode 1829–1990 werden de begijnen en hun pastoors daar begraven.

Verzamelgraf van de begijnen in de Waalse Kerk.

Bij archeologische opgravingen in de voormalige Wendelinuskapel (eind jaren 1970) werden de skeletten van een deel van de daar begraven begijnen en hun pastoors opgegraven. Deze gebeenten zijn niet onderzocht. Een aantal jaren later is op kosten van het Begijnhof in de Waalse Kerk een gemetselde grafkelder aangelegd, waarin alle gevonden botten bij elkaar zijn gebracht, welke kelder is afgesloten met een hardstenen grafzerk bevattende de tekst: “begginarum hic olim sepultarum ossuarium”.

In verband met het uit te geven jubileumboek over de algemene geschiedenis van het Begijnhof (2017) is door de scribenten onderzoek verricht betreffende relevante historische feiten van het Begijnhof. In dat kader ontving het bestuur van het Begijnhof in 2015 bovengenoemd rapport van de afdeling Erfgoed van de gemeente Breda. Het bestuur heeft vervolgens in de vergadering van 14 juli 2015 de wens uitgesproken om op zijn kosten het gebeente van de in het rapport beschreven populatie samen te brengen in een nieuwe grafkelder op het Begijnhof en deze te plaatsen in de nabijheid van de reeds bestaande grafkelder in de Waalse Kerk.

Nieuw aangelegd verzamelgraf voor de middeleeuwse begijnen.

Na aanvraag van offerten en besluitvorming over een en ander werd op 5 juli 2016 vergunning aangevraagd bij de gemeente Breda voor de plaatsing van bedoelde grafkelder. Deze vergunning werd verleend op 29 augustus 2016. Op 5 september van dat jaar werd door de gemeente Breda archeologisch onderzoek verricht en op woensdag 7 september 2016 werd de grafkelder geplaatst. De gebeenten van deze individuen zijn vervolgens afzonderlijk verpakt in de grafkelder bijgezet. De grafkelder werd bij die gelegenheid ingezegend door plebaan mr. S.J.M. de Koning. Op de grafkelder is een hardstenen grafzerk geplaatst met de woorden: “Hic ossuarium beginarum c.a. 1267-1534” (Dit is het verzamelgraf van begijnen en anderen 1267-1534).

Middeleeuwse begijnen herbegraven